Aankomen op Piazza del Campo in Siena: WOW!

Je fietst al jaren met je fietsvrienden de voorjaarsklassiekers. De Oude Kwaremont, Berendries, La Redoute, Keutenberg en Cauberg hebben voor jou geen geheimen. Je weet waar wel of niet het gootje te pakken. Jonge honden vertel je dat je op La Redoute moet wachten, wachten en wachten om succesvol je splijtende demarrage te plaatsen. Op de Keutenberg heb jij allang de juiste versnelling geschakeld als het linksaf gaat en je tegen een muur van ruim 20% aankijkt. Natuurlijk, al deze hellingen blijven fantastisch om tegenop te fietsen. Maar je wilt ook wel eens iets anders.
Duwen, duwen, duwen… alstublieft?
CYCLOsportive.nl heeft eens om zich heen gekeken en heeft de GF Strade Bianche ontdekt. Een parel in het wielergekke Italië. Europe’s most southern northern classic, ride into the legend. De Italianen weten het mooi te verpakken op de event-website. Daar hoeven ze eigenlijk helemaal geen moeite voor te doen. Toscane is qua schoonheid wereldberoemd. Start en finish in Siena spreekt tot de verbeelding.
Sinds 2007 staat Strade Bianche bij de profs op het programma. In korte tijd heeft deze wedstrijd zich ontwikkeld van kleine wedstrijd tot een koers uit de World Tour. In 10 jaar tijd is deze rit uitgegroeid tot een echte klassieker. Vrijwel alle profs, van klimmer tot stoemper, willen Strade Bianche maar wat graag fietsen. Wat Fiets betreft blijft het niet alleen bij de profs.

Voorbereiding
Op zoek naar een deelnemer die ons alles kon vertellen over koersen over de witte wegen van Toscane, kwamen we uit bij Bas Boom. Na jaren de voorjaarsklassiekers gereden te hebben, was het tijd voor iets anders. Bas:“De beelden van Strade Bianche deden de wielerharten van mij en vijf fietsmaten sneller kloppen en zo kwam Strade Bianche voor 2018 op de bucketlist.”
Een besluit nemen om naar Toscane af te reizen is één, je goed voorbereiden is twee. Want hoe doe je dat? Iedereen kan zich goed voorbereiden op ritten in juni of augustus. Lekker trainen in goed weer. Maar GF Strade Bianche is in maart, 4 maart om precies te zijn. Wat?! Juist ja, 4 maart. Als je je geen zonnig trainingskamp op Mallorca of Tenerife kan veroorloven, wordt dat bikkelen in de Nederlandse kou, regen en wind. Voor mooi weer fietsers is de rit door Toscane dan ook niet weggelegd. Bas: “Ik ben verhuisd naar Huizen en woon nu aan de rand van het bos. Vrijwel de hele winter was ik op de mountainbike te vinden en probeerde ik 2 tot 3 keer per week het bos in te gaan. Soms samen met m’n nieuwe fietsclub Moeke Spijkstra, vaker nog alleen. Maar duurtrainingen is wel lastig. Daarom zag ik best op tegen 140 kilometer, waarvan ruim 30 kilometer onverhard, bijna 2.000 hoogtemeters en stijgingspercentages van 18%. Of meer…”

Mannen uit klei geboetseerd
Op zaterdag 3 maart zit ik voor de buis. De beelden van Strade Bianche worden mijn huiskamer ingeslingerd. En vanaf minuut 1 van de uitzending is het genieten geblazen. Althans, voor de tv-kijker! De renners rijden deze keer niet over stoffige witte wegen over de prachtige Toscaanse heuvels. Nee, er wordt afgezien! Het regent, de stoffige wegen veranderen in glibberige modderpaden. Niet vreemd dat wereldkampioen cyclocross Wout van Aert zich prettig voelt in deze heroïsche omstandigheden. Samen met Romain Bardet en Tiesj Benoot bepaalt hij de koers. Benoot zal als eerste de streep in Siena passeren. Onherkenbaar met een hoofd vol met korsten van opgedroogd klei. Die zal voorlopig geen last hebben van rimpels. Maar ik moet ook gelijk aan Bas denken. Wat gaat hij op zondag meemaken als de wielertoeristen over de onverharde wegen mogen koersen! Bas: “Op zaterdag zijn we bij de profs gaan kijken. 3x konden we ze voorbij zien komen. De tweede keer stonden we aan het einde van een onverharde strook. Het was een slagveld en renners keken wanhopig onze kant op. Opeens klonk er een zacht ‘duwen, duwen’. Het was Laurens ten Dam, tientallen meters duwden we hem de heuvel op.”
Dat Laurens ten Dam zich mengt in deze voorjaarsklassieker zegt genoeg. Laurens ten Dam staat bekend als een echte liefhebber. Net zo’n liefhebber als Bas en zijn vrienden.

Strakke koppies in de bus
Terug naar het appartement waar Bas en zijn vrienden verblijven staan de koppies strak en wordt het stil in de bus. Traag bewogen de profs over de modderige wegen. De koppen van de mannen leken uit klei geboetseerd. De vrienden die van Strade Bianche een bucketlist-dingetje hadden gemaakt, maken zich ietwat zorgen. Bas: “Sommige profs hadden al moeite om fietsend boven te komen, hoe zouden wij dat dan gaan doen? Staand op de pedalen ging bijna niet. Dan slipten de wielen door de modder. Zittend konden de kleppers amper voldoende wattage leveren. We maakten ons behoorlijk zorgen.”
Gelukkig voor de deelnemers aan GF Strade Bianche is het op zondag vrijwel de hele dag droog. Het parcours ligt er goed bij. Hier en daar wel wat gaten in de verharde en onverharde wegen. Bas: “Sommige plekken waren echt modderig, dat maakte de afdalingen soms gevaarlijk. Toch wel een aantal mensen gezien die gevallen waren. Ook veel lekke banden, gebroken spaken en kapotte wielen.” Voor Bas geen valpartij of materiaalpech. De Granfondo wordt voor hem een onvergetelijke ervaring. Bas: “Bekijk de beelden op tv. Strade Bianche is een combinatie tussen Parijs-Roubaix en Luik-Bastenaken-Luik. De aankomst, na een steile klim door het oude Siena naar Piazo del Campo, WOW! De mooiste aankomst in het moderne wielrennen! By far! Ik had tranen in mijn ogen toen ik over de finish kwam en krijg nu weer kippenvel als ik er aan terugdenk.”

Hoe kom je in Toscane?
Stap je voor de traditionele voorjaarsklassiekers makkelijk de auto in om af te reizen naar Luik, Oudenaarde of Valkenburg, bij Strade Bianche ligt dat uiteraard iets anders. Met de auto is het een slordige 1.400 kilometer naar Toscane. Voor de meeste wielertoeristen niet echt een optie voor een paar dagen fietsen. Bas: “Wij zijn met het vliegtuig in een paar uur naar Pisa gevlogen. Als je tijdig boekt, zijn de kosten vrijwel gelijk aan vervoer per auto. Een fietskoffer kun je voor een paar tientjes huren. Dan kun je op je eigen fiets deelnemen aan de GF Strade Bianche. Wel zo prettig.”
Aan hotels en appartementen geen gebrek in het toeristische Toscane. Ook een restaurant moet in Italië niet moeilijk te vinden zijn. Uiteraard moet het lichaam van de nodige brandstof worden voorzien. Bas heeft wat eten betreft nog wel een tip: “Op donderdag en vrijdag was het geen probleem om een restaurant te vinden. Maar op zaterdag hebben we 2 uur rondgereden tot we een restaurant vonden waar plek voor ons was. Niet fijn als je een dag later moet fietsen. Op tijd reserveren dus!”

Materiaal
Is het verstanding om op een gravelracer, cyclocrosser of gewonen racefiets de Strade Bianche te bedwingen. De jongens van Granfondo Cycling Magazine testten de Trek Checkpoint., de nieuwste gravelracer van het Amerikaanse merk. De groep van Bas reed de rit op de gewone racefiets en dat was prima te doen. Go like the pro’s, Bas (90 kg schoon aan de haak) reed zijn bucketlist rit op 25 mm bandjes. Voor opgepompt tot 6 bar en achter ietsje meer, 6,5 bar. Ging prima, 28 mm banden zijn volgens Bas Boom niet direct nodig.

 

 

Laat alles zien
/*